Wat is de grootst mogelijke temperatuurdaling op één dag?
Na een warme periode
ging het kwik op 14 mei 2016 spectaculair omlaag. Op 13 mei 2016 noteerde men in Ukkel
een (synoptische)
maximumtemperatuur
van 23,0 graden. Een dag later, op zaterdag 15 mei 2016 bedroeg de maximumtemperatuur maar 12,4 graden.
Een temperatuurdaling van 10,6 graden. Dat is een behoorlijk verschil.
Net als voor
plotse temperatuurstijgingen
ben ik in de Ukkelse temperatuurlijsten gedoken om te zien hoe uitzonderlijk zo'n plotse temperatuurdaling is.
In Ukkel worden
sinds 1833
dagelijkse metingen van de temperatuur gedaan. In die
enorme reeks waarnemingen
kan je op zoek gaan
naar de grootst mogelijke temperatuurdaling op één dag. Heel concreet heb ik alle maximumtemperaturen van opeenvolgende dagen
met mekaar vergeleken en de verschillen van dag tot dag genoteerd.
Hier past een belangrijke kanttekening. De gemeten maximumtemperatuur is de hoogste temperatuur van de voorbije 12 uur. Ze wordt gemeten om
18 uur UT, dat is dus 19 uur wintertijd of 20 uur zomertijd.
Op 24 uur tijd kan een temperatuurdaling nog veel groter zijn, maar we hebben niet alle uurlijkse meetgegevens van vroeger.
Concreet: op 25 april 2013 bedroeg de maximumtemperatuur 24,4 graden. Op 26 april 2013 bedroeg de maximumtemperatuur 13,8 graden. Dat is
een verschil van 10,6 graden.
In de pers werd geschreven dat er die dag een temperatuurverschil was van maar liefst 17 graden. Men vergeleek de temperaturen die gemeten werden om
16 uur. In die periode is het kwik inderdaad fel gedaald. Maar de maximumtemperatuur van 26 april 2013 bedroeg wel degelijk 13,8 graden: dat maximum
werd in feite al opgetekend in de ochtend van 26 april 2013. Later op die dag is het verder afgekoeld.
Maar de meetreeks vanaf 1833 heeft nu eenmaal geen metingen om het uur. Het is dus onmogelijk om het temperatuurverschil van 17 graden
te vergelijken met vroegere historische waarden.
De grootste temperatuurdaling op één dag tijd (gemeten door opeenvolgende maxima te vergelijken) werd gerealiseerd in 1978. Op
30 december 1978 haalde het kwik maximaal 6,7 graden. Eén dag later,
op 31 december 1978, kwam het kwik overdag niet hoger dan -10,1 graden
(waarnemingen omgerekend naar gesloten thermometerhut). Een verschil van 16,8 graden. De inval van Siberisch koude landlucht was het
begin van een brutale koudegolf.
Sinds het begin van de Ukkelse waarnemingen telde ik 167 temperatuurdalingen van meer dan 10 graden. In vergelijking met de reeks plotse
spectaculaire temperatuurstijgingen is het duidelijk dat het
weer bij ons vaker fel kan afkoelen. Daarvoor beschikt de natuur immers over een extra troef:
onweer. Gigantische hoeveelheden water zijn erg goed om
alles af te koelen.
Het is interessant om die 167 grootste temperatuursprongen op te delen naar de verschillende
weerkundige seizoenen.
winter | 13 temperatuursprongen van meer dan 10 graden |
lente | 62 temperatuursprongen van meer dan 10 graden |
zomer | 78 temperatuursprongen van meer dan 10 graden |
herfst | 14 temperatuursprongen van meer dan 10 graden |
Het is geen toeval dat de lente en de zomer in deze statistiek heel vaak voorkomen. Het is ook de periode waarin de onweders zich veel vaker manifesteren
dan in de herfst en de winter.
Nog andere vragen?
Statistieken:
Online: 24
Vandaag: 338
Laatste week: 8.063
Pagina's: 40.727.288
sinds 15 aug 2010